Geschiedenis van 
de Sint-Niklaas kerk

Warandestraat 2
1770 Liedekerke 

Vroegste geschiedenis

Toponymisch gaat de naam 'Liedekerke' terug tot een 10de eeuwse oorsprong, waarbij de Germaanse woorden 'hlidha' (helling) en 'kirka' (kerk) gecombineerd werden. Deze naam verwijst naar de hoger gelegen positie van de kerk ten opzichte van de Dender.

Volgens een bewaarde oorkonde bestond in 1092 reeds het toponiem Ledecherchis, de kerk op de oeverheuvel van de Dender.

In de 12de eeuw werd het rechthoekig koor en het transept gebouwd.

In de 15de eeuw werd tegen het koor een kapel gebouwd van de Graaf van Boussu, kasteelheer van Liedekerke.

De kerk in de 16de, 17de en 18de eeuw

De kerk werd tijdens de Beeldenstorm in de 16de eeuw verwoest. Het romaans koor van de kerk werd omstreeks 1540 verbouwd: uitbreiding met een zijkoor en ophoging van het koor. Dit ging gepaard met de bouw van het transept in witte natuursteen. Het eenbeukig schip en toren werden in 1635 gebouwd.

In 1716 werden verbouwingswerken doorgevoerd in het hoogkoor. Er werden nieuwe glas-in-loodramen in het hoogkoor vervaardigd en geplaatst door gelaesemaker Joris Selliers.

In de eerste helft van de 18de eeuw was de kerk voorzien van een westtoren, éénbeukig schip, transept met vieringtoren en een koor dat even hoog was als het schip en transept. In het midden van de 18de eeuw werden enkele wijzigingen doorgevoerd in het interieur van de kerk; een nieuwe vloer, oksaal met orgel en lambriseringen. In 1757 werd in de princecapelle (kapel naast het koor met afzonderlijke toegang voorbehouden voor de kasteelbewoners). In 1765 werd een muur gebouwd rond het kerkhof dat rondom de kerk gelegen was.

De kerk in de 19de eeuw tot nu

In 1837 werd de kerk vergroot. Het oude eenbeukig schip werd langs elke zijde voorzien van een nieuwe zijbeuk.

Eind 19de eeuw was de kerk bouwvallig en veel te klein geworden is voor de 3700 inwoners.

Men besloot de kerk niet te herstellen, maar een nieuwe kerk te bouwen.

In de periode 1900-1902 werd een ontwerp in Renaissancestijl voor de bouw van de nieuwe kerk opgemaakt door architect Florent Van Roelen uit Schaarbeek.

Op 9 augustus 1902 werd aannemer Leonard Verstraete uit Rumbeke aangesteld om de nieuwe kerk te bouwen. De toren in Renaissancestijl was beschermd als monument van de derde klasse en bleef behouden. De rest van de oude kerk werd afgebroken. Er werden verschillende materialen gerecupereerd voor hergebruik. Zo werd in de buitengevels gerecupereerde witte natuursteen gebruikt. De werken waren begin april 1904 voltooid.

In de periode 1904-1908 werd de nieuwe kerkhofmuur muur afgewerkt. Deze werd in 1969 afgebroken.

De stompe torenspits werd in 1906 vervangen door een hoog oplopende torenspits en er werd een nieuwe torentrap toegevoegd aan de zuidzijde van de kerk.

In 1993 werd er sanitair geplaatst in de ruimte naast de toren waar voorheen de doopvont stond.

De berging aan de noordzijde van het koor werd in 1996 ingericht als weekkapel/winterkapel.

In 2000 werd een nieuw tochtportaal in glas geplaatst, waarbij het oksaal werd vergroot.

In 2007 werd in het koor en de zijaltaren een nieuwe vloer gelegd in witte Carraramarmer uit Italië en Noir d'Eglise (of Noir de Mazy) een exclusieve zwarte Belgische marmer uit de streek van Namen.

De klokken

De kerk bezat slechts één klok met opschrift: 'Salvator ben ic begoten van Jacop Waghevesn in 't jaer MCCCCCXXVIII (1528)'. Deze klok barste in 1859.

In 1718 werden herstellingswerken uitgevoerd aan de klok.

In 1840 werd een nieuwe grote klok aangekocht. De klok woog 3070 pond (1392,5 kg) en werd gegoten in de tuin van de pastorie. De aankoop van de klok werd deels betaald door pastoor Van Humbeek en de familie de Mérode. De klok werd in 1943 door de Duitsers weggenomen.

In 1859 werden twee nieuwe klokken aangekocht. Het materiaal van de gebarsten oude klok werd gerecupereerd bij het gieten van de nieuwe klokken. De eerste klok woog 900 kg en werd in 1943 door de Duitsers weggenomen. De tweede klok woog 220 kg. Deze klok bleef bewaard in de kerk tijdens de Tweede Wereldoorlog.

In 1953 werd de kerktoren voorzien van drie nieuwe klokken. Deze klokken wegen 1 700 kg, 950 kg en 550 kg. De kleine, oude klok bleef behouden.

Vooraan links in het koor van de kerk hangt aan de muur het klokje gerecupereerd uit het torentje van de kapel van het voormalig Sint-Antoniusklooster.

Op 24 december 1999 is de beiaard in gebruik genomen. Deze beiaard bestaat uit 23 vaste beiaardklokken uit gegoten brons. De grootste klok weegt 124 kg, de kleinste klok 15 kg.

Zowel de beiaardklokken als de luidklokken worden elektronisch aangestuurd.

Het uurwerk

In 1718 werden herstellingswerken uitgevoerd aan het kerkhorloge.

In 1961 werd het torenuurwerk hersteld en geëlektrificeerd. Tot dan werd het uurwerk mechanisch aangedreven door middel van gewichten.

In 1993 werd het mechanisme van het torenuurwerk vervangen door een radio gestuurde klok.

Belangrijke data

  • 1092: kerk toegewijd aan Sint-Nikolaas
  • 1140 - 1796: kerk wordt overgedragen aan de abdij vanNinove
  • Einde 16de eeuw: brand en volledige verwoesting kerk
  • 1636: heropbouw kerk
  • 1837: herstel bouwvallig geworden kerk en uitbreidingmet twee zijbeuken
  • 1898: Beslissing om nieuwe kerk te bouwen (eerste plannen werden gemaakt)
  • 1906: afbraak stompe torenspits en vervangen door scherpespits
  • Vanaf 1993: opknapbeurt en vermodernisering (witschilderen,plaatsen nieuw altaartafel, plaatsen tochtportaal,verwijderen preekstoel, communiebanken enverschillende heiligenbeelden)
  • 2022: plaatsen glasraam 'De Storm' op doksaal (uitvoering Daniël Theys)

  • Typologie: kruisbasiliekStijl: gotisch, neogotisch 
  • Architect: Florent Van Roelen
  • Aannemer: Leonard Verstraete
  • Oppervlakte: 1 076m²
  • Aantal stoelen: 400